Podcast over psychose met De Standaard

Podcast | Als de werkelijkheid niet meer klopt: wat is een psychose en hoe herstel je?

Samen met Leen Verhaert (coördinator PsychoseNet België) en journaliste Sofie Steenhaut maakte ik voor De Standaard deze podcast over psychose en herstel. Te beluisteren op hun site en uiteraard ook op Spotify.

https://www.standaard.be/cnt/dmf20221028_93814938

https://open.spotify.com/embed/episode/6VThYoQOrwieVFWoTZxCXh?utm_source=generator
Posted in Geen categorie | Tagged , , , | Reacties uitgeschakeld voor Podcast over psychose met De Standaard

Artikel psychose op VRT NWS

Journaliste Hilde De Windt interviewde me voor de website van VRT NWS naar aanleiding van het boek ‘Psychose begrijpen in 33 vragen’ van Jim van Os en mezelf. Het resultaat is dit stuk, dat op 27/10/2022 verscheen.

Het aantal gedwongen opnames in de psychiatrie is sinds 2010 met bijna twee derde gestegen. Dat blijkt uit cijfers van Zorgnet Icuro die deze week werden gepubliceerd. “We wisten dat er meer mensen kampen met psychische problemen,” zegt Stijn Vanheule, professor Klinische Psychologie aan de UGent. Hij is expert in psychoses en psychiatrische aandoeningen en schreef recent het boek: “Psychose begrijpen in 33 vragen.” Wij legden hem vier vragen voor te beginnen met: “Wat moeten we dan begrijpen van psychoses?” 

1. Wat moeten we begrijpen over psychoses?

Stijn Vanheule: “We kennen allemaal verhalen van mensen die als wildemannen opgepakt worden door de politie en gedwongen worden opgenomen. Ze lijken soms uitzinnig. Dat is een vooroordeel, want de meeste psychosepatiënten zijn uit zichzelf niet agressief.  Ze hebben vooral last van vreemde ervaringen. De wereld rondom hen klopt niet meer. Het kunnen wanen zijn, hallucinaties of stemmen. Voor hen zijn die echt, voor buitenstaanders lijken ze bizar. Dat onbegrip kan uit de hand lopen. Dan krijg je angst, verwarring en paniek. En dan volgt het klassieke onpersoonlijke mechanisme van handboeien, zwaailichten, vaak afzondering en of medicatie. ”

“Dat zet natuurlijk druk op ons zorgsysteem. Maar dat harde reactiemechanisme is verkeerd. Nieuw onderzoek leert dat die mensen sneller herstellen door een warme ondersteunende aanpak. Je moet mensen niet wegplukken uit hun vertrouwde omgeving. Hulpverleners moeten hen tot bedaren brengen door contact met hen te houden en net oplossingen zoeken binnen hun eigen kader.”

“Zo’n 15% van de bevolking heeft wel eens met psychotische ervaringen te maken. Meestal is dat onschuldig. Maar 3,5% van de mensen heeft professionele hulp nodig. De helft daarvan kan best leven met z’n sluimerende waanbeelden. Anderen blijven ermee worstelen, worden depressief en suïcidaal.” 

 “Vroeger dacht men dat psychoses voort kwamen uit een abnormaal brein. De afgelopen 40 jaren hebben wetenschappers gezocht naar bewijzen daarvoor. Ze zochten naar verstoringen in dopamine, een chemisch stofje dat signalen doorgeeft in de hersenen bijvoorbeeld. Maar ze vonden geen bewijs dat de oorzaak daar ligt.“

“Ook erfelijkheid speelt niet zo’n grote rol. Stel dat je een eerstegraads familielid hebt met psychoses, dan heb je gemiddeld 10% kans om dat ook te krijgen. Dat is dan eerder een kwestie van pech.” 

“We kennen intussen wel de rol van leefomstandigheden in het ontstaan van psychoses. Volgens onderzoek kan intensief zwaar cannabisgebruik een rol spelen. Maar ook opgroeien in grote steden of in een minderheidsgroep, bruuske veranderingen in je leven, armoede, trauma’s kunnen een impact hebben. Vooral een combinatie van die elementen vormt een mogelijk risico. Maar wat de doorslag geeft, weten we niet en verschilt ook van persoon tot persoon. Vooral op kantelmomenten in het leven zijn mensen kwetsbaar.”

2. Is de aanpak van psychose, of een andere psychische crisis, vandaag de juiste?

Stijn Vanheule: “Dat hangt er van af. Vaak modderen patiënten in crisis te lang aan voor er hulp komt. De realiteit zoals zij ze zien wordt bedreigend. Ze worden heel angstig. Dat verstoort het contact met hun omgeving en leidt tot onbegrip. Soms loopt het dan uit de hand en moet de politie tussenbeide komen. 

Stel je voor: iemand wordt in crisis binnengebracht op een psychiatrische afdeling. Hoe is die daar terecht gekomen? In een politiecombi, met blauwe zwaailichten, met handboeien? Hoe is die behandeld? Was het al eerder uit de hand gelopen?”

“Het vertrouwen valt nog verder weg, dat is vaak het probleem. En dan volgen vaak dwangmaatregelen. Ze krijgen medicatie die hen kalmeert. Ze worden in een isoleercel geplaatst, al dan niet vastgebonden. Dat gebeurt nog te vaak. De familie wordt op afstand gehouden. Die ‘autoritaire’ aanpak veroorzaakt vaak een trauma bovenop hun psychose.”

“Die maatschappelijke accidenten zou je kunnen vermijden met een betere benadering. Wij sluiten mensen op bij wie dat niet nodig is.”

3. Wat is een herstelgerichte aanpak?

Stijn Vanheule: “De meeste psychosepatiënten zijn niet agressief, maar bang en in de war. Dat verstoort het contact. Maar ook al heeft iemand waanbeelden, je kunt er nog altijd mee praten. Je hoeft inhoudelijk niet te begrijpen wat ze beleven om te luisteren. Je kunt wel voeling krijgen met wat hen uit evenwicht brengt.”

Volgens de nieuwe, herstelgerichte aanpak gaan hulpverleners samen met familie en vertrouwelingen meteen tijdens de crisis in gesprek met de patiënt. Heel rustig, door te luisteren en open vragen te stellen over wat er in hun hoofd gebeurt. Een vertrouwde, veilige omgeving is daarbij heel belangrijk: dat praat makkelijker dan een ziekenhuiskamer met TL-lampen. Het gaat om verbondenheid en contact.”

Ongeveer tegelijk met de herstelbeweiging ontwikkelde de Finse psycholoog Jaakko Seikkula de ‘Open Dialogue’ methode. “Door deze verbindende zachtere aanpak behouden de hulpverleners het vertrouwen. Dan werkt een behandeling altijd beter. Patiënten blijken veel sneller rustig te worden.” 

“Met een therapie die gericht is op herstel kan veel leed vermeden worden. Vroeger werden deze mensen apart gehouden uit de samenleving. Nu proberen we op maat te werken zodat ze weer kunnen aanhaken.”

4. Wat moet er nu gebeuren? Hoe brengen we dat in de praktijk?

Stijn Vanheule:  “Hulpverleners moeten meer zijn dan ordehandhavers die dossiers bijhouden en pilletjes geven. Veel zorgverleners voelen zich niet op hun gemak met patiënten met een psychotische problematiek. Daarom is het belangrijk dat de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) investeert in opleiding van therapeuten. Die herstelgerichte aanpak is intensief, die moet je leren.”

“Het is zo belangrijk om vroegtijdig rustig tussen te komen. En zo weinig als mogelijk de levenssituatie van die persoon te verstoren.”

“We moeten dat allemaal leren herkennen, maar het zou al heel wat zijn als onze hulpdiensten daar goed op reageren: de wijkagent, interventieteams, ambulanciers, opnameafdelingen.”

Op verschillende plekken in ons land vind je groepen en zorgcircuits die de principes van ‘Open Dialoog’ toepassen. Je ziet ook soortgelijke herstelgerichte initiatieven bij ons buiten de GGZ (Geestelijke Gezondheidszorg), zoals bij de El Camino in Bekegem. Daar komen lotgenoten, familie en hulpverleners samen.  Ze praten er open over hun gevoeligheid, leren van elkaar wat mogelijk risico’s zijn en hoe ze daarmee kunnen leven.

“Stilaan dringt het idee van een verbindende aanpak ook binnen in de officiële psychiatrie. Het psychiatrisch ziekenhuis Sint-Annendael in Diest, onder andere, richtte een goed jaar geleden 4 studio’s in voor crisisopvang waar ook familie welkom is. Die veilige ruimtes zijn gezellig ingericht als een leefkamer, met een stukje tuin, met een afgescheiden toilet. Een heel andere sfeer dan de klassieke isoleercellen.”

Daarnaast kun je de hulp van ambulante GGZ-teams inroepen: die bieden zorg in de vertrouwde, veilige thuisomgeving.  

“Er gaat veel overheidsgeld naar grote psychiatrische voorzieningen. Het zou goed zijn dat kleine initiatieven meer middelen krijgen.”

“Toch moeten we beseffen dat er geen wonderbehandeling is die voor iedereen werkt. De combinatie van een herstelgerichte aanpak, therapie en beperkte medicatie werkt vaak goed. Uiteraard hebben sommige patiënten meer opvolging en zorg nodig. Het blijft op maat zoeken. In elk geval: hoe beter wij reageren, hoe minder zorg er later nodig is, hoe minder onnodige escalaties.”

“Psychose begrijpen in 33 vragen”, Stijn Vanheule en Jim van Os, uitgeverij Lannoo Campus, ISBN 978 94 014 8406 

Posted in Geen categorie | Reacties uitgeschakeld voor Artikel psychose op VRT NWS

Psychose begrijpen in 33 vragen

Hier is het. Vers van de pers: het nieuwe boek van Jim van Os en mezelf. In heel begrijpelijke taal beantwoorden we basic vragen over psychose, met als doel om vooroordelen en misverstanden uit de weg te ruimen.

Psychose is geen breinziekte en ook wie overspoeld wordt door psychotische belevingen heeft nog een toekomst. In ons nieuwe boek zetten we die boodschap in de verf.

Als voorproever hier alvast de inleiding:

“Psychotische belevingen komen vrij frequent voor. Denk aan het horen van een stem die er niet is, de overtuiging dat anderen met duistere bedoelingen je kwaad willen doen, aan bizarre zintuigelijke gewaarwordingen, of aan vormen van paranormale openbaring. Naar schatting 15% van de bevolking maakt ooit dit soort ervaring mee.

Toch verbinden velen de term ‘psychose’ vooral met de idee van een ernstige psychiatrische ziekte. Het doet denken aan opsluiting in een psychiatrisch ziekenhuis, aan het moeten slikken van zware medicijnen en bovenal ook aan het doemscenario van een leven zonder toekomst.Veel mensen zijn bang van personen die psychotische belevingen meemaken. Ze denken dat een psychose iemand onberekenbaar en gevaarlijk maakt, vanuit de veronderstelling dat het brein dan niet langer goed functioneert.

Maar kloppen die veronderstellingen wel? Of is het al te gek om vanuit dergelijke bril te kijken?

In dit boek beantwoorden we 33 sleutelvragen over psychose. Dat is heel erg nodig. Er leven namelijk bijzonder veel onzekerheden, misverstanden en vooroordelen rond dit onderwerp. Met onze antwoorden willen we patiënten, naasten, professionals, studenten en andere geïnteresseerden een actueel perspectief op psychose aanbieden. Een perspectief dat vertrekt vanuit recente wetenschap en dat kijkt naar initiatieven voor zorgvernieuwing die het herstelproces ondersteunen.

Want dat is een belangrijke boodschap: herstel is mogelijk. Dat komt omdat psychose niet simpelweg een genetische hersenziekte is. Het is een vorm van psychische kwetsbaarheid, waarbij genen en brein maar een deeltje van de puzzel uitmaken. Het is een kwetsbaarheid waar alle facetten van iemands bestaan op betrokken zijn. Zo spelen ook je manier van omgaan met uitdagingen op vlak van werk, studeren, relaties, opvoeding, zingeving en zelfbeleving een belangrijke rol. Psychotische belevingen overspoelen je op momenten van wanverhouding in het leven, en herstellen kan door nieuwe evenwichten te vinden. Evenwichten die betrekking hebben op je lichamelijk, persoonlijk, existentieel, relationeel, sociaal en maatschappelijk welzijn.

Hoe dat precies loopt, en wat dit betekent voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz), lees je in dit boek.

Trouwens, je kan dit boek op meerdere manieren lezen. Het is zo opgebouwd dat je elk hoofdstuk gerust apart kan doornemen, zonder de volgorde van onze vragen te respecteren.Tegelijk zit er wel een opbouw in. In het eerste deel beschrijven we de basics en leggen we uit wat psychose wel is, en wat niet. Het tweede deel gaat in op de individuele factoren en contextfactoren die er een impact op hebben. En in het derde deel, tot slot, bespreken we hoe het herstelproces bij psychose precies loopt en hoe we herstel kunnen bevorderen.”

En dit zijn vragen die we bespreken:

  1. Wat gebeurt er precies in je hoofd bij een psychose?
  2. Is er iets ‘verkeerds’ met het brein van iemand
    die psychotische ervaringen heeft?
  3. Is een psychose eigenlijk een aanslag op je bewustzijn?
  4. Wat zijn psychotische belevingen?
  5. Hoe zien psychotische belevingen eruit voor
    een buitenstaander?
  6. Hoe voelen psychotische ervaringen aan voor
    wie ze meemaakt?
  7. Kan iedereen dan een (ernstige) psychose krijgen?
  8. Welke vormen van psychose zijn er?
  9. Is psychose dan niet hetzelfde als schizofrenie?
  10. Kan er een verband zijn tussen psychotische ervaringen en de problemen waar iemand mee worstelt?
  11. Is een psychose een ‘existentiële crisis’?
  12. Ben je op bepaalde momenten van je leven
    gevoeliger voor psychose?
  13. Is psychose anders bij mannen dan bij vrouwen?
  14. Kun je een psychose voorkomen en hoe?
  15. Hoe verloopt een psychose doorheen de tijd?
  16. Waarom is een psychose bij iedereen anders?
  17. In welke mate is psychose erfelijk (nature)?
  18. Welke levensomstandigheden maken iemand kwetsbaar voor psychose (nurture)?
  19. Hoe praat je met iemand die psychotisch is?
  20. Is iemand met een psychose net zo gevaarlijk als in de films?
  21. Zijn mensen met een psychose een gevaar voor zichzelf?
  22. Schuilt er dan geen enkel gevaar in psychose?
  23. Is herstellen van een psychose hetzelfde als opnieuw ‘normaal’ worden?
  24. Herstellen van een psychose: wat houdt dat in?
  25. Waarom is de omgeving cruciaal voor een goed herstel?
  26. Waarom is creativiteit een sleutel tot herstel?
  27. Waarom zijn ervaringsdeskundigen zo belangrijk?
  28. Wat zijn herstelacademies en welke rol kunnen ze spelen?
  29. Welke houding mag en moet je verwachten van
    een professional?
  30. Kunnen medicijnen psychose genezen?
  31. Wat zijn de positieve en negatieve effecten van medicijnen?
  32. Kan psychotherapie helpen?
  33. Hoe moet de ggz georganiseerd worden om herstel te bevorderen?
Posted in Geen categorie | Tagged , , | Reacties uitgeschakeld voor Psychose begrijpen in 33 vragen

Podcast over psychose met de makers van Onbespreekbaar

Zelden tevreden wanneer psychose écht ‘onbespreekbaar’ is. Deze keer wel 🙏. Hier een aantal fragmenten uit mijn gesprek met de makers van de Onbespreekbaar podcast. De volledige versie staat (sinds 2 mei 2022) op Spotify, Youtube (https://www.youtube.com/watch?v=VxzWx8w2_B8) en Apple.

Posted in Geen categorie | Tagged , , , | Reacties uitgeschakeld voor Podcast over psychose met de makers van Onbespreekbaar

Psychose: wat is het en hoe help je?

S-magazine, het blad van de socialistische mutualiteit, interviewde me over psychose. Je kan het gesprek hier lezen, of op hun site: https://www.devoorzorg-bondmoyson.be/blog/psychose-wat-is-het-en-hoe-help-je?

Psychose: wat is het en hoe help je?

“Tijdens een psychose klopt de werkelijkheid niet meer”

23 december 2021

Een psychose zet je wereld op zijn kop. Maar wat is een psychotische ervaring precies? Hoe voelt het? En kan je doordringen tot iemand die een psychose doormaakt? We vragen het aan Stijn Vanheule, hoogleraar klinische psychologie (Universiteit Gent), die met deze vragen ook aan de slag ging in zijn boek ‘Waarom een psychose niet zo gek is’.

Een psychose, wat is dat?

De 2 opvallendste kenmerken of symptomen van een psychose zijn hallucinaties en wanen, weet Stijn Vanheule. “Bij een hallucinatie neem je dingen waar die voor jou echt zijn, maar die de buitenwereld niet ervaart. Je hoort bijvoorbeeld stemmen of voelt dingen op je lichaam. Bij een waan zie je tekens verschijnen die jou een boodschap geven. Je maakt daar zelf een verhaal rond. En de ideeënwereld die ontstaat, is een waan.”

“Plots krijg je het gevoel dat de werkelijkheid niet meer klopt. Wat je altijd hebt aangenomen voor waar, is niet meer waar. Alsof het script van de wereld tot dan toe niet meer juist loopt. Als in een film mengt zich een ander scenario met de gewone realiteit.”

“Mensen die in een psychose zitten, hebben tegelijkertijd wel door dat wat ze ervaren uniek is. Dat het hún ervaring is en niet die van bijvoorbeeld hun partner of buurman. Maar net dat zien ze als een bevestiging, een duidelijk teken dat het op hen gericht is. En dat wat zij ervaren dus wél waar is.”

Wat is het verschil tussen een waan en bijvoorbeeld bijgeloof?

“Kenmerkend voor een waan is dat het meestal gaat over iets negatiefs. Bijvoorbeeld: iemand ziet tijdens het fietsen 3 zwarte kraaien zitten. Dat is geen toeval. 3 is voor die persoon een ongeluksgetal. En zwart is een teken van de dood. In de beleving van die persoon met een psychose zitten die 3 zwarte kraaien daar als een voorteken dat er iets slechts gaat gebeuren met hem.”

“Het verschil met bijgeloof is dat bijgeloof typisch getekend wordt door twijfel. Je vraagt je af of wat je ervaart wel zo is. Je bent niet 100 % zeker. En je handelen wordt er ook niet door bepaald. Maar bij een psychotische ervaring is het teken dat je ziet echt een openbaring. Het is duidelijk dat wat je ziet, verwijst naar datgene wat je in je waan beleeft. Bijvoorbeeld dat je achtervolgd wordt.”

Is elke psychose hetzelfde?

Een psychose is individueel en uit zich bij iedereen anders. Maar er is wel een rode draad. Ze komt meestal voor op een kantelpunt in het leven. Dat kan negatief zijn, bijvoorbeeld jobverlies, de lockdown, een relatiebreuk of trauma. Het kan gaan om ‘kleinere’ dingen die voor de buitenwereld minder negatief lijken, zoals op pensioen gaan. Daarnaast kan een kantelpunt soms ook samenhangen met het slagen in iets: een diploma halen, een job vinden …”

“Een psychose komt meestal voor op een kantelpunt in het leven”

Achtervolging is een veelvoorkomend thema bij wanen. Maar er zijn ook andere thema’s, zoals grootheidswaanzin. Dan ervaart iemand bijvoorbeeld tekens dat God tot hem of haar spreekt, en tot niemand anders. Of het kan zich afspelen in de amoureuze sfeer: je krijgt de indruk dat een persoon enkel en alleen geïnsteresseerd is in jou.”

Een psychose is angstaanjagend, zo vertellen veel mensen die er een doormaakten.

“In een psychose hebben heel wat mensen erg nare belevingen. Vaak is de angst die ze voelen heel intens. Tegelijkertijd is die angst moeilijk uit te drukken, net omdat ze samenhangt met de bevreemding die ze ook ervaren. De werkelijkheid voelt raadselachtig aan en een dreigende sfeer zorgt continu voor onrust.”

“Het is niet makkelijk om je op dat moment verbonden te voelen met je naasten. Anderen lijken niet te snappen wat je ervaart of komen zelfs bedreigend over. Op zulke momenten ben je heel kwetsbaar om bijvoorbeeld je job te verliezen, vriendschappen te laten schieten of je woning te verwaarlozen. Gepaste hulp is dan belangrijk, want die helpt om in te spelen op die moeilijkheden en om de rust te herstellen.”

Kan je een psychose voorspellen?

“Neen. Ook bij iemand die al psychotische ervaringen had, kunnen we niet zeggen of die gaan terugkeren of niet. Maar eens een psychose optreedt, kan die ervaring wel helpen om samen met een patiënt te zoeken naar houvast en oplossingen.”

Hoe help je iemand die een psychose doormaakt(e)?

“Precies omdat alles zo bevreemdend overkomt en angst en eenzaamheid uitlokt, heeft iemand in een psychose net veel nood aan contact en verbondenheid. Om te kunnen kaderen wat er gebeurt, om erover te kunnen praten en nadenken.”

“Omdat alles bevreemdend overkomt en angst en eenzaamheid uitlokt, heeft iemand in een psychose nood aan contact en verbondenheid”

Daarom probeer je als hulpverlener of naaste het best te beseffen dat een psychotische ervaring op de een of andere manier samenhangt met gebeurtenissen in het leven.”

“Ook voor de persoon met de psychose is het belangrijk te beseffen dat hij of zij niet knettergek is, maar wel te maken krijgt (of kreeg) met moeilijke uitdagingen, waardoor de geest op hol slaat. Het is misschien een extreme reactie op uitdagingen, maar het blijft 1 van de mogelijke menselijke reacties.”

Kan iemand die een psychose doormaakt die zelf voorkomen of stoppen?

“Dat is een heel goede vraag. De voortekenen van een psychose zijn de ervaringen dat de werkelijkheid niet meer klopt. Het feit dat je geen woorden meer vindt om dingen te benoemen. Er treden rare fenomenen op, binnen of buiten je lichaam. Er gebeuren vreemde dingen met de tijd of ruimte rondom jou. Anderen begrijpen je niet meer.”

“Op dat moment zijn er nog geen wanen of hallucinaties. Het gaat vooral om de bevreemding. Maar het is vaak moeilijk het op dat moment al te ervaren als psychotisch.”

“Tegelijkertijd kunnen die voortekenen je wel aanzetten om erover te praten met een hulpverlener. Je kan langsgaan bij je huisarts, die je kan doorverwijzen naar een psycholoog of psychiater die ervaring heeft met de behandeling van psychoses.”

Vroeg ingrijpen is heel belangrijk. Zo doorbreek je in de 1ste plaats de eenzaamheid. Samen met een patiënt werk je opnieuw naar een verbondenheid. Samen denk je na over hoe je met uitlokkende omstandigheden kan omgaan, zonder jezelf te verliezen.”

Kan medicatie ook een oplossing zijn bij een psychose?

“Ja, ook een lichte vorm van medicatie kan helpen. Pas op, die medicatie geneest een psychose niet. Het werkt niet zoals een antibioticum dat bacteriën echt doodt. Antipsychotica kunnen ervoor zorgen dat er opnieuw wat rust komt in je hoofd. Dat kan in een crisismoment of een plotse psychose helpen, maar enkel als een onderdeel van een ruimere therapeutische aanpak.”

“Wat doen antipsychotica? Ze halen in je hersenen de uitvergrote aandacht voor details omlaag. De extreme opmerkzaamheid verdwijnt en de scherpe kantjes worden afgevijld. Maar dat moet je samen met een dokter goed overleggen en uitzoeken. Want niet alle antipsychotica werken bij iedereen even goed. Soms is het zoeken naar de juiste medicatie en de juiste dosis.”

“Er is ook een belangrijke keerzijde: het gevaar van die medicatie is dat ze iemand lam kan leggen. Bij een te hoge dosis maken antipsychotica je een soort zombie in je hoofd. En eens je in zo’n zombiestaat zit, is het moeilijk om voor jezelf op te komen. En we wéten goed dat patiënten die zoiets meemaken daar achteraf enorm onder lijden.”

“Ik pleit ervoor om altijd aandacht te besteden aan de ruimere context van een patiënt. Geef hem of haar de kans om te spreken over zijn of haar ervaringen. En luister. Dat wordt wat te vaak nog vergeten in de die psychosezorg. Het is meer dan een storing in je hersenen.”

Bestaat er een specifieke therapie voor psychose?

“Er bestaan psychosetherapieën, maar er is niet veel bewijs dat ze ook werken. Daarom ga je beter aan de slag met factoren uit verschillende therapieën waarvan we weten dat ze werken. Relationeel werken met mensen, opbouwen tot een verhaal, en denkwijzen geleidelijk aan een beetje uitdagen. Probeer te snappen waarom bepaalde opvattingen op een bepaald moment opduiken in een leven. De mix van verschillende aspecten is belangrijker dan inzetten op een specifieke vorm van therapie.”

Hulpverleners sluiten zich soms af uit angst voor iemand met een psychose. Een pijnpunt.

“Klopt, het is ook moeilijk voor een hulpverlener om toegang te krijgen tot de belevingswereld van iemand met een psychose. Omdat die per definitie niet aansluit bij de realiteit. Je moet in staat zijn om te switchen naar een andere manier van denken.”

“Je kan het vergelijken met de manier waarop we naar kunst kijken. Als je een kunstwerk bekijkt, begrijp je niet altijd wat de kunstenaar precies wil zeggen. Op dezelfde manier kan je iemand die vertelt over psychotische belevingen niet precies volgen. Maar probeer tóch aanwezig te blijven en te zoeken hoe je samen weer voeling kan krijgen. Waarover gaat het? Wat kan helpen om die ervaringen te begrijpen en in te perken? Dat doe je altijd in gesprek met elkaar. Een belangrijke uitdaging die nog altijd ondergesneeuwd zit in onze geestelijke gezondheidszorg.”

Wat kan de omgeving doen?

“Natuurlijk is een psychotische ervaring ook voor de omgeving beangstigend. Want die merkt dat ze voeling verliest met een geliefd persoon. Je herkent hem of haar niet meer. Je kan zijn/haar ideeën of ervaringen helemaal niet meer volgen. Hij of zij glijdt verder en verder weg van een gedeelde realiteit. En het is net in die gedeelde realiteit met anderen dat onze verbondenheid ligt.”

“Een psychotische ervaring is beangstigend voor de omgeving, want die merkt dat ze voeling verliest met een geliefd persoon”

Wat kan je doen?

  • Breng het ter sprake, bijvoorbeeld bij de huisarts. Praat erover, het liefst samen. Als de persoon met de psychose niet wil, zet dan toch zelf de stap naar hulpverlening.
  • Intussen bestaan er in de geestelijke gezondheidszorg mobiele teams die in een crisissituatie aan huis hulp verlenen. Deze professionals kunnen overleggen met jou en de persoon die een psychose doormaakt over wat nodig is om weer stabiliteit te vinden.
  • Blijf er vooral niet mee zitten. Want hoe langer een psychose onopgemerkt of onbehandeld blijft, hoe groter de kans dat ze extremer wordt.”

U spreekt nooit over de psychoticus of psychoot. 

“Neen, die termen gebruik ik niet. Omdat ze mensen opdelen in categorieën. Je maakt onderscheid tussen iemand die psychotisch is en iemand die het niet is. Maar ik bekijk het als iets dat je hebt of niet hebt. Net zoals je een smartphone hebt of geen smartphone hebt. Dat is iets anders: het is een eigenschap en géén zijn.”

“Daarom spreek ik over psychotische ervaringen, want die heb je of heb je niet. Een psychose heb je of heb je niet. Met termen als psychoticus of psychoot bouw je alleen maar muren tussen mensen. En dat neemt herstelkansen weg.”

Posted in herstel, interview, psychosen, recovery, waanzin | Tagged , , , | Reacties uitgeschakeld voor Psychose: wat is het en hoe help je?

Wees alert voor de trauma’s van transmigranten

OPINIESTUK IN DE STANDAARD VAN 22/1/2022

Vorig weekend was ik op bezoek bij de transmigranten in het vluchtelingenkamp van Calais. Het deed me beseffen dat de leef­omstandigheden van die mensen een broeihaard vormen voor de psychia­trische problemen van de toekomst. Dat heeft te ­maken met het uitzichtloze proces van traumatisering dat ze ondergaan.

Doorgaans denken we bij traumatisering snel aan misbruik en verwaar­lozing in de gezinscontext, of aan de impact van ongevallen en rampen. Stuk voor stuk ernstig verstorende ­situaties waar we maatschappelijk zeer alert voor zijn. Denk maar aan de ­Vertrouwenscentra Kindermishan­deling, die verontrustende opvoedingssituaties monitoren. Denk aan crisisteams van hulpdiensten of van het leger, die psychologische ondersteuning bieden bij grote incidenten zoals terreuraanslagen of natuur­geweld. Door snel in te grijpen als het verkeerd loopt, vermijden we dat pijnlijke situaties blijvende littekens na­laten.

Mensen die op de vlucht zijn voor de benarde levensomstandigheden in Afrika of het Midden-Oosten, ­raken ook getraumatiseerd. Helaas zijn we daar veel minder alertvoor. Zo sprak ik in Calais met Amir, een man met Koerdische roots, die tot zes maanden geleden in Iran leefde en nu in de Franse modder zat te wachten op een opportuniteit om naar Engeland te gaan. Tien jaar lang had hij in Teheran als journalist gewerkt. Toen zijn krant werd opgedoekt en zijn artikels aanleiding gaven tot vervolging, sloeg hij op de vlucht. Het was een keuze tussen vluchten of de gevangenis. Tien landen doorkruiste hij intussen, en hij zegt daarover het volgende: ‘In Griekenland werden we vervolgd, in Kroatië en Servië kregen we slaag van de politie, maar hier is het beter, hier worden we niet geslagen.’Het leed van vluchtelingen spreekt de menselijkheid in de ander niet aan, waardoor ze zich ontmenselijkt voelen

Tegelijk zie ik voor mij een gebroken man. De voorbije week vatte hij twee keer het plan op zich van kant te maken, maar hij bedacht zich telkens. Wat hij en veel andere vluchtelingen moeten ondergaan, mag niet vergeten worden, zegt hij. Elke avond tikt hij op zijn smartphone het verslag van de dag – hij hoopt zijn verhaal ooit te kunnen vertellen in een boek. Het verhaal van de vervolging. Het verhaal van de onverschilligheid en de afkeer bij de bevolking in Europa. Het verhaal van degenen die het overleven, en van degenen die eraan kapot­gingen.

Zoals Amir zijn er velen: mensen met een geschiedenis van ontbering en ­geweld, die getraumatiseerd zijn door de barre levensomstandig­heden die ze ontvluchtten. Maar daar houdt het niet op. De vlucht zelf traumatiseert hen ook.Mensensmokkelaars, overheden die hen hardhandig aanpakken en burgers die afstandelijk en bits reageren, dragen daaraan bij. Telkens opnieuw krijgen vluchtelingen de boodschap dat ze er niet mogen zijn. Hun leed spreekt de menselijkheid in de ander niet aan, waardoor ze zich ontmenselijkt voelen.

Een politieke oplossing voor dit probleem heb ik niet. Wat ik als ­psycholoog wel weet, is dat deze situatie mensenlevens kraakt. En wat ik verwacht, is dat deze zware ontwrichting zich op termijn zal vertalen in ernstige psychiatrische problemen bij veel vluchtelingen en hun kinderen. Problemen die intense zorg zullen vereisen. Het is dan ook schrijnend dat we op die traumatisering geen maatschappelijk antwoord hebben. Burgeracties alleen kunnen dit leed niet counteren. Er is een aanpak nodig die gedragen wordt door alle ­beleidsmakers bevoegd voor migratie, sociale gelijkheid, gezondheid en welzijn.

Tegelijk ben ik niet zo hoopvol. Als we alleen al naar de aanpak in ons land kijken, valt op dat het beleid ­inzake psychische gezondheid heel erg vooral focust op individuele ­coping. Het wil psychisch kwetsbare burgers sterker maken, maar veronachtzaamt de impact van politieke factoren, sociale dynamieken en uitsluitingsmechanismen.

Om aan de psychische noden van ­onze transmigranten tegemoet te ­komen, moeten we precies daarop ­inzetten en nadenken over hoe we hen onthalen. Geloof me, ook niet-transmigranten zullen het daardoor beter hebben.

Posted in Geen categorie | Reacties uitgeschakeld voor Wees alert voor de trauma’s van transmigranten

Een psychose is niet gek. Het is een poging van je geest om zich te handhaven in een moeilijke context’

Dit interview verscheen op 10 januari 2022 in het online magazine Sociaal.net:

Thomas Detombe We moeten anders kijken naar psychoses, zegt professor psychologie Stijn Vanheule. De louter biologische kijk is achterhaald. “Bij veel psychoses spelen sociale en relationele factoren een doorslaggevende rol.” Voor Sociaal.Net ging Vanheule in gesprek met ervaringsdeskundige Peter Tomlinson: “Aan psychose kleeft een hardnekkig stigma.”

psychose
© ID / Lieven Van Assche

Complot

“Een psychose is een zelf-absorberende, extreem uitputtende ervaring”, vertelt de 55-jarige Peter Tomlinson. In 2013 kreeg hij voor het eerst hallucinaties en andere psychotische gewaarwordingen.

‘15 procent van de bevolking beleeft ooit iets wat sterk lijkt op een psychose.’

“In de nummerplaten van auto’s lichtten telkens drie letters op. De letters werden woorden, de woorden een onheilspellende boodschap die een misdaadgolf of revolutie aankondigde. Ik zocht rationele verklaringen maar vond ze niet. Finaal mondden mijn belevenissen uit in waanideeën. De hele stad speelt een spel met me, zo dacht ik. Iedereen in het complot had bewust zijn nummerplaten vervangen.”

15 procent van de bevolking beleeft ooit iets wat sterk lijkt op een psychose. Uit Nederlands onderzoek blijkt dat 16 procent van de Nederlanders al een paranormale ervaring had. Velen ondervonden hier weinig last van, sommigen beschouwden hun ervaring zelfs als positief. De meesten konden daarna probleemloos verder met hun leven.

Andere realiteit

Een tot twee procent van de mensen heeft wel gespecialiseerde hulp nodig. Peter Tomlinson belandde in een psychiatrische zorginstelling. Twee jaar lang wisselden periodes van schijnbare rust en psychotische episodes elkaar af. Hij herstelde. Al liet zijn psychose sporen na. Angsten en een verwoest sociaal leven achtervolgen hem nog steeds.

“Wie een psychose doormaakt, komt in een andere realiteit terecht”, vertelt professor klinische psychologie Stijn Vanheule (Universiteit Gent). “Je aardt dan niet langer in het gekende narratief dat ons allen verbindt, maar verliest jezelf spontaan in wat Peter mooi omschrijft: een cascade van snelle, onlogische associaties, bijvoorbeeld gelinkt aan de letters op een nummerplaat.”

Waarom een psychose nog niet zo gek is

Stijn Vanheule zit mee aan de tafel waar Peter Tomlinson zijn verhaal vertelt. Ons gesprek vindt plaats op de Campus Psychologie van de Universiteit Gent. Daar verricht de professor al jarenlang onderzoek naar de aard van psychotische belevingen. In zijn recent verschenen boek ‘Waarom een psychose nog niet zo gek is’ doorprikt hij de mythe dat we psychose best bekijken door een louter biologische bril.

Ontspringen hallucinaties en waanideeën dan niet vanuit een kortsluiting in je hoofd?

Vanheule: “Een biologische component kan mensen kwetsbaarder maken, maar hoe precies? Daar botst de wetenschap op grenzen. Er bestaat geen gen dat duidelijk voorspelt of je een psychose zal krijgen, net zoals er ook niet één wondermiddel bestaat als behandeling. Slechts een kwart van de patiënten voelt zich echt geholpen met medicatie. Bij alle anderen is het schipperen tussen de positieve impact ervan en ongewenste bijwerkingen.”

‘Om te begrijpen waar een psychose vandaan komt, heb je meer aan een sociale bril dan aan een biologische kijk.’

“Intussen weten we wel dat verwaarlozing, misbruik, pestervaringen en opgroeien in sociaal isolement belangrijke determinanten zijn bij het ontstaan van psychoses. Het behoren tot een minderheidsgroep en wonen in een grootstedelijke context verhogen ook het risico.”

“Om te begrijpen waar een psychose vandaan komt en wat ze betekent, heb je meer aan die sociale bril dan aan een biologische kijk die het fenomeen herleidt tot een hersenaandoening. Bij veel mensen die psychotische ervaringen ontwikkelen, blijken sociale, relationele en existentiële factoren een doorslaggevende rol te spelen.”

Een louter biologische kijk is achterhaald?

Tomlinson: “De bril waardoor je kijkt, bepaalt in belangrijke mate de manier waarop je mensen benadert en behandelt. Als iemand wartaal uitslaat als gevolg van een ‘hersenziekte’, hoef je niet te luisteren en heeft het allemaal geen betekenis. Dan kan je gewoon medicatie voorschrijven, of desnoods iemand vastbinden. Het plaatst een veilige muur tussen wie gezond en ongezond is.”

Vanheule: “Een eenzijdig biologische benadering creëert een zeker comfort voor wie zichzelf als gezond beschouwt. Iemand met psychose wordt in die lezing de waanzinnige gek met mysterieuze ruis in zijn hoofd.”

Peter Tomlinson
Peter Tomlinson: “Ik ben al zes jaar vrij van symptomen. Ik ben opnieuw voltijds aan het werk, deels betaald, deels als vrijwilliger.© ID / Lieven Van Assche

En die mysterieuze ruis is dus niet te genezen?

Tomlinson: “Die boodschap hoor ik nog altijd. Men denkt dat ik zal hervallen, dat mijn herstel maar tijdelijk is. Nochtans ben ik al zes jaar vrij van symptomen. Ik ben opnieuw voltijds aan het werk, deels betaald, deels als vrijwilliger bij Villa Voortman in Gent. Stigma geeft mensen een levenslange stempel. Op basis daarvan oordelen sommige hulpverleners bijna automatisch over wat je nog kan en niet meer kan. Heel frustrerend.”

‘In principe is iedereen vatbaar voor psychische problemen.’

Vanheule: “Er is geen enkele reden om aan te nemen dat je niet kan herstellen van een psychose. Het kan je leven overspoelen, maar er zijn hefbomen om daaruit te geraken. Tegenover de idee dat iemand blijvend kwetsbaar is, staat vaak de overtuiging dat wie gezond is, nooit ziek zal worden. Ik begrijp de psychologische nood achter die redenering wel, maar ze is veel te simplistisch. In principe is iedereen vatbaar voor psychische problemen, ook ik.”

“In mijn boek definieer ik psychotische ervaringen als reacties op ontwrichtende gebeurtenissen, bijvoorbeeld misbruik tijdens je jeugd of plots op je eigen benen moeten staan. Iemand probeert iets uit te drukken wat voorheen nog niet lukte. Zo vervelt psychose tot een diepmenselijke ervaring. Een poging van je geest om zich te handhaven in een bijzonder moeilijke context.”

Herken je dit Peter?

Tomlinson: “Ik had een moeilijke kindertijd met verwaarlozing, geweld, zelfs verkrachting. Lange tijd begreep ik niet wat me overkomen was, al voelde ik wel dat er iets fout zat. De directe aanleiding van mijn psychose was een confrontatie met iemand uit die tijd. Diezelfde avond nog begonnen mijn gedachten wilde sprongen te maken. Alles keerde terug op een manier dat ik niet kan uitleggen.”

Hoe reageerde je omgeving?

Tomlinson: “Mensen namen afstand, sommigen hadden zelfs schrik om besmet te worden. Niemand begreep goed wat er gebeurde. Zo raakte ik iedereen kwijt. Gedurende de twee jaar dat ik echt ziek was, kwam slechts één iemand me opzoeken. Haar zag ik een keer per week.”

“Toen ik ziek was, maakte ik scènes op straat of ging ik in discussie met buurtbewoners. Mijn psychoses manifesteerden zich in het openbaar. Daardoor durf ik niet meer buitenkomen in mijn buurt, uit schrik dat mensen me nog steeds als ‘de psychoot’ zien. Eigenlijk zou ik beter verhuizen om een nieuwe start te maken.”

‘Ik moest stap voor stap uit de sociale woestijn proberen raken.’

“Ik gebruik vaak de metafoor van een oase in de woestijn. De oase zijn de wanen. De woestijn is mijn verwoest sociaal en professioneel leven. Pas toen ik dat perspectief kreeg, wist ik wat me te doen stond: stap voor stap uit de woestijn geraken.”

“Maar ik beschouw mezelf niet als psychosegevoeliger dan iemand anders. Ik geloof ook niet dat mijn psychoses terugkomen, zeker niet nu ik ze kan uitdrukken via gedichten. En, misschien nog belangrijker: nu ik die gedichten kan delen met anderen.”

Hoe heeft poëzie je geholpen?

Tomlinson: “Dichtregels gaven het onzegbare een plek. Toen ik een psychose kreeg, was mijn dochter dertien jaar. Ze raakte haar papa kwijt, ik kon niet meer voor haar zorgen. Dat was erg traumatisch. Pas toen ze mijn gedichten las, kreeg ze enige grip op wat er gebeurd was.”

They

There must be a they
That seemed clear
To explain the signals
To explain the fear

 Who are They
Was my constant question
Who were these servants
Of the new revolution

 And who was I
What was my role
In the secret movement
What part in the whole

 Must I fulfil
I couldn’t make out
But that there was a they
I had little doubt

(25 October 2015)

Vanheule: “Wat mensen verbindt zijn de verhalen waarmee we elkaar benaderen en van waaruit we dingen zonder meer aannemen. Bij een psychotische crisis valt die houvast weg. De realiteit krijgt daardoor een onheilspellend karakter. Begrijpelijk en coherent uitdrukken wat je ervaart, lukt niet meer en dat zorgt voor angst.”

“Zo ontstaat een kloof in het contact met anderen en dreigt uitsluitingsgedrag. Om die laatste reden is voor mensen met een psychose een gepaste expressievorm vinden cruciaal. Het kan de opgeblazen brug tussen jezelf en vrienden of familie herstellen.”

psychose
Stijn Vanheule: “Er is geen enkele reden om aan te nemen dat je niet kan herstellen van een psychose.”© ID / Lieven Van Assche

Kreeg je gepaste hulp tijdens je opname in de psychiatrie, Peter?

Tomlinson: “Neen. Als je in de grootste crisis van je leven zit, volstaan 45 minuten gesprektherapie per week niet. Tijdens mijn opname werd ik bovendien omringd door andere mensen in crisis. Is dat goed? Als psychose een breinziekte is, doet die context er niet zo veel toe, dan kan je mensen in nood gewoon laten samenhokken op een afdeling. Maar als je psychose begrijpt als het cumulatiepunt van een persoonlijke crisis, lijkt zo’n afdeling niet de beste plek om beter te worden.”

“Ik kreeg medicatie en nam deel aan muziek- en tekentherapie. Dat hielp soms, maar loste het fundamentele probleem niet op. Er was weinig ruimte om de inhoud van mijn psychose te exploreren.”

‘Als je in de grootste crisis van je leven zit, volstaan 45 minuten gesprektherapie per week niet.’

Vanheule: “Nochtans is dat cruciaal. Hulpverleners moeten trachten voeling te krijgen met wat de psychose uitdrukt. Vanuit welke pijnlijke ervaringen kon ze ontstaan? Waaraan probeert ze uiting te geven? Ga samen met je patiënt op zoek naar wat de stemmen, beelden, vormen of schijnbaar onlogische associaties betekenen. Dat je beter niet focust op de inhoud van een psychose is een groot misverstand.”

Waarom is dat zo belangrijk?

Vanheule: “Onbegrijpelijke associaties verliezen hun irrationaliteit als je ze leest als reacties op ontwrichtende ervaringen. Wie samen met zijn patiënt durft doorwerken op de inhoud van een psychose, krijgt gaandeweg voeling met de ontwrichtende situaties die de psychose triggerden. Zo kom je tot het basisprobleem.”

“Mensen moeten hun psychoses niet zonder meer ondergaan of ermee leren leven. Je moet als hulpverlener bereikbaarheid creëren. Een gedeelde taal zoeken waarin je kan spreken over de crisis die de psychose tot uitdrukking brengt. Daarnaast is een passende expressievorm belangrijk. Iets waaraan mensen ook na hun hulpverleningstraject kunnen vasthouden.”

 ‘Hulpverleners zijn soms een hinderpaal in het therapeutische proces, terwijl ze moeten faciliteren.’

“Ik merk op dat vlak nog koudwatervrees bij hulpverleners. We moeten hen beter opleiden rond hoe je de brug kan maken naar patiënten. Dat betekent ook: leren omgaan met je eigen angsten en vooroordelen. Je kan immers geen echt contact maken als je schrik hebt waarheen dat contact je zal leiden. Hulpverleners zijn soms een hinderpaal in het therapeutische proces, terwijl ze zouden moeten faciliteren.”

Is de huidige hulpverlening in staat om die intensieve begeleiding te bieden?

Vanheule: “Er worden stappen gezet, maar we zijn er nog niet. We hebben nood aan meer laagdrempelige opvanginitiatieven zoals Villa Voortman. Daar kan je altijd terecht voor een kop koffie en een gesprek, in een huiselijke setting. Vanuit dat basale gegeven ontstaat vertrouwen en verbinding. Je wandelt er binnen als mens, niet als een diagnose en je kan er deelnemen aan dagactiviteiten zoals koken of muziek maken. Dat zorgt voor een herstel van je contacten en je zelfgevoel.”

“Het draait om presentie. Ook Soteriahuizen vervullen die functie perfect. Het zijn kleinschalige therapeutische gemeenschappen die werken met minimale medicatie en optimale persoonlijke ondersteuning, zonder mensen te betuttelen. Wie er verblijft en het ‘s nachts lastig heeft, kan op elk moment beroep doen op deskundige hulpverleners. Kort op de bal spelen is cruciaal.”

Kost zo’n intensieve begeleiding niet meer geld aan de samenleving?

Vanheule: “Een opname in een psychiatrisch ziekenhuis kost vandaag al snel 14.000 euro per maand. Dat geld inzetten op meer kleinschalig initiatieven, met focus op het optimaal doorwerken van de crisis en opnieuw aansluiting zoeken bij anderen, zou heel wat onheil voorkomen.”

“In Nederland onderhandelde psychiater Jules Thielens met zorgverzekeraars. Hij vroeg om een deel van het geld dat naar ziekenhuizen ging, te investeren in De Brouwerij. Dat is een inloophuis vergelijkbaar met Villa Voortman. Het resulteerde in opvang die humaner en goedkoper was.”

‘Na een ziekenhuisverblijf kwijnen mensen vaak weg in eenzaamheid. Dat is niet gezond.’

Tomlinson: “Ik werk als vrijwilliger bij Villa Voortman. De werking voorkomt dat mensen opnieuw in opname belanden. Een psychose is een aanslag op je sociale netwerk. Na een ziekenhuisverblijf kwijnen mensen vaak weg in eenzaamheid. Dat is niet gezond. Wie constant alleen is, dreigt opnieuw uit elkaar te vallen. Je hebt anderen nodig om jezelf te kunnen zien.”

Vanheule: “Eenzaamheid maakt inderdaad kwetsbaar. Zowel in het ontstaan van een psychose, als nadien. Het is niet oké om na een psychiatrische opname thuis te komen in een leeg huis. Iemand die plots werkloos wordt, loopt na een tijdje thuiszitten ook de muren op. Je eigenheid terugvinden kan alleen maar in verbondenheid met anderen.”

Stijn Vanheule
Stijn Vanheule: “Onderzoek illustreert dat psychose en creativiteit twee zijden vormen van dezelfde medaille. Mensen die loskomen van algemeen aanvaarde conventies, denken, niet toevallig, vaak sterk out-of-the box.”© ID / Lieven Van Assche

Welke rol heeft de samenleving hierin?

Vanheule: “Ik zie een belangrijke rol voor buurtwerkingen en een goed uitgebouwde sociale economie. Iedereen heeft recht op een zinvolle tijdsbesteding en een plek waar hij kan samenwerken met anderen.”

“Maar de uitdaging stelt zich ook breder. Aan psychose kleeft een hardnekkig stigma. Men associeert het met gevaar en onbetrouwbaarheid. In de media schrijft niemand: ‘Loodgieter vermoordt vrouw’, maar wel ‘Echtgenoot vermoordt vrouw’. Het beroep van de echtgenoot doet er immers niet toe. En terecht. Maar waarom vermeldt men dan wel iemands psychische problematiek?”

‘Aan psychose kleeft een hardnekkig stigma.’

“De realiteit is: een psychische kwetsbaarheid maakt je veel vaker slachtoffer dan dader van geweld. Ik schreef mijn boek om vooroordelen te doorprikken en iedereen gevoelig te maken voor het diep-menselijke karakter van een psychose.”

“We hebben nood aan meer positieve verhalen. Onderzoek illustreert dat psychose en creativiteit twee zijden vormen van dezelfde medaille. Mensen die loskomen van algemeen aanvaarde conventies, denken, niet toevallig, vaak sterk out-of-the box. Misschien kan die wetenschap de brug met de ruimere samenleving herstellen.”

Hoe dan?

Vanheule: “Creativiteit die ontstaat vanuit een psychose, kan omstaanders diep raken. Dat komt omdat velen zich gevangen voelen in de conventies waaraan mensen in een psychose net ontsnappen. Wie vastzit in zijn job of gezin hunkert naar perspectieven die de blik verruimen, maar het is lastig om die te vinden. Mensen die een psychose doormaken, staan voor de omgekeerde uitdaging. Zij proberen opnieuw te aarden.”

“Wat beide groepen verbindt, is een worsteling met existentiële vragen. Wat betekent het leven in het licht van de dood? Hoe ga je om met lichamelijkheid? Wat is een relatie precies? Finaal worstelt iedereen met dat soort vragen. Alleen de manier waarop we antwoorden verzinnen, verschilt.”

“Psychotische overspoeling is het onvermogen om nog ordelijk te antwoorden op existentiële problemen. De oplossing is dan niet terugkeren naar die gedeelde conventies, wel experimenteren met nieuwe expressievormen. Dat kan zoals bij Peter poëzie zijn, maar voor anderen is het schilderkunst of op een aparte manier een moestuin onderhouden.”

“Voor de buitenwereld zijn die creatieve uitingen veel makkelijker te begrijpen dan een ongeremde cascade van associaties en waanbeelden. Als ze bevattelijk uitdrukking geven aan een vrije, originele manier van denken, raakt dat een gevoelige snaar bij de groep mensen die zich ingeperkt voelt. Zo ontstaat opnieuw verbinding.”

Waarom een psychose niet zo gek is

Het verhaal achter hoop en herstel

Stijn Vanheule

LannooCampus | 2021 | 200 pMeer info

Posted in diagnoses, herstel, interview, psychosen, recovery, subjectiviteit, waanzin | Reacties uitgeschakeld voor Een psychose is niet gek. Het is een poging van je geest om zich te handhaven in een moeilijke context’